Hanna in 1 Samuël 1
Hanna bidt in zichzelf; haar lippen bewegen, een diepbedroefde vrouw stort haar hart uit voor God. Groot vertrouwen in God.
Nu begint er ruimte te komen; de woorden van Eli zijn als balsem voor de ziel. GA HEEN IN VREDE, de HEER geve wat u gebeden hebt.
Ruimte, omkeer, opstaan en nieuw leven. Beeld van dood en verdriet maakt plaats voor beeld van licht en vrede.
Heschel heeft opgemerkt dat routine in het gebed leidt tot aandacht, het roept een antwoord in ons wakker. Wanneer we op de drempel van het heilige staan, moeten we er wel door aangeraakt worden.
Momenten van inspiratie komen maar zelden voor en duren nooit lang. In de lange tussenperiode zijn we vaak geestelijk ingeslapen, leeg en futloos. Er zijn maar weinig mensen die meer licht uitstralen dan ze ontvangen. Het gaat om ontmoeting met en in de Geest. We moeten er dag in dag uit mee samenleven en om bidden.
Wanneer we gaan in nederigheid en eenvoud van hart, zijn we als een kind dat van zijn moeder een lied wil horen en het boek met muziek voor haar neerlegt. We houden het niet lang uit op een dieet van gespannen afwachten en bedrogen uitkomen.
J.W. van den Berg
gepubliceerd 2000