Joden en christenen: een reis van vriendschap
Eeuwout van der Linden (Kerk en Israël) was in Rome voor een conferentie joden en christenen.
'We zijn tweelingen.' Dat zei dr. Gabriele Boccaccini, hoogleraar Joodse studies aan de Universiteit van Michigan, op de internationale conferentie christenen en joden ICCJ in Rome, eind juni. Hij gebruikte het beeld van tweelingen om de nieuwe visie op de verhouding joden en christenen te karakteriseren. 'Ze komen uit hetzelfde geboortekanaal. Historisch gezien zijn het christendom en het rabbijnse jodendom joodse stromingen die beide teruggaan tot het eerste-eeuwse jodendom.'
Boccaccini’s stem was een van de vele die klonk tijdens de conferentie waar 270 joden en christenen bij elkaar kwamen om over het verleden, het heden en de toekomst van de joods-christelijke verhouding te spreken. De conferentie stond in het teken van de 50ste verjaardag van Nostra Aetate. Deze belangrijke verklaring van het Tweede Vaticaanse Concilie bracht een ommekeer teweeg in de joods-christelijke relaties. Toen begon, in de woorden van paus Franciscus, ‘onze reis van vriendschap’, die niet alleen voor de rooms-katholieke maar ook voor andere kerken van groot belang is gebleken. Natuurlijk was er veel aan Nostra Aetate vooraf gegaan, zoals de conferentie over antisemitisme in het Zwitserse Seelisberg in 1947, waar 65 joden en christenen direct na de Sjoa bij elkaar kwamen om in tien punten nieuwe perspectieven aan te bieden voor joods-christelijke relaties. Het zou leiden tot de oprichting van de ICCJ.
Vanuit Nederland waren we met zes vertegenwoordigers: Dick Pruiksma (voormalig secretaris van de ICCJ en lid van de Protestantse Raad voor Kerk en Israël); Pieter Goedendorp, Ria Kemper en Micha van Dijk (vanuit het OJEC); Dineke Houtman (vanwege de PtHU) en ikzelf als vertegenwoordiger van de Protestantse Kerk. Vijf christenen en één jood. De getalsverhouding stond de vriendschap niet in de weg, integendeel. We vonden elkaar bij de lezingen en in de wandelgangen. In sommige landen heten overlegorganen als het OJEC overigens ‘Jewish-Christian Friendship Cooperation’ of ‘Amitié’ of ‘L’Amicizia ebraico-cristiana’. Wordt het tijd voor het OJEC om het woord ‘vriendschap’ op te nemen?
Een bijzondere ontmoeting was er op 30 juni met de paus. Paus Franciscus sprak over de verhouding in heldere bewoordingen. 'De christelijke confessies vinden hun eenheid in Christus; het jodendom vindt zijn eenheid in de Tora. (...) Beide geloofstradities vinden hun fundament in de ene God, de God van het verbond die zichzelf openbaart door zijn Woord.' Dit zou je nog als louter beschrijving kunnen zien, maar paus Franciscus vervolgde met te zeggen dat 'christenen zich in hun zoektocht naar de juiste houding ten opzichte van God keren tot Christus als de bron van nieuw leven, en joden naar het onderricht van de Tora.' Hij noemde dit een ‘patroon van theologische reflectie’ dat in Nostra Aetate werd verwoord en van waaruit verder gedacht kan worden. Ongetwijfeld kun je deze woorden verschillend interpreteren, maar ikzelf vond ze hoopgevend en baanbrekend. Beide tradities worden als volwaardig naast elkaar gezet. Toen ik zelf de paus kort de hand kon schudden, bracht ik hem de hartelijke groeten van de Protestantse Kerk over.
Van de vele workshops noem ik er één. Die over Paulus bracht nieuwe visies naar voren. Paulus wordt vaak gezien als de stichter van het christendom. Dat Jezus een jood is, is duidelijk. Er is een beweging geweest in het jodendom die hem thuis wilde halen: ‘Hij is een van ons.’ Paulus werd lang gezien als de stichter van het christendom, door christenen en joden. En zo kwam het tot een breuk. Nieuwe perspectieven laten zien dat Paulus voluit denkt en leeft vanuit het toenmalige hellenistische jodendom (Philip Cunningham). Paulus blijkt opeens heel anders te denken over rechtvaardiging dan ik tijdens mijn opleiding geleerd heb, en ook heel anders dan Luthers interpretatie. Iets om mee te nemen naar de komende viering van 500 jaar Reformatie?
Moe van de razendsnel sprekende Italianen, geïnspireerd door charismatische sprekers als Edward Kessler en David Rosen, liep ik nog even naar de St. Pieter. Achterin, hoog in het koor, oprijzend boven het majestueuze altaar, zag ik een afbeelding van de heilige Geest die me een beetje deed denken aan het logo van de Protestantse Kerk. Van de Geest moeten we het hebben, schoot door me heen. De Geest kan vriendschappen creëren. En de Geest gaat ongebaande wegen. Wat brengt de toekomst voor de joods-christelijke verhouding en vriendschap?
Eeuwout van der Linden is projectmedewerker Kerk en Israël.
03 juli 2015
met toestemming overgenomen van:
http://www.protestantsekerk.nl/actueel