{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland

Belijden in beleid


Kerk en Israël
in
het beleidsplan van de plaatselijke gemeente




Inleiding

Voor u ligt een brochure over de vraag hoe Kerk en Israël voor kan komen in het beleidsplan van een plaatselijke gemeente.
De brochure bestaat uit twee delen:

  • een algemeen gedeelte, waarin ingegaan wordt op het begrip ‘beleidsplan’
  • een specifieker deel, waarin materiaal aangedragen wordt voor het gesprek met de kerkenraad over de plaats van Kerk en Israël.

Deze brochure wil aan plaatselijke werkgroepen en commissies voor Kerk en Israël een handreiking bieden voor het gesprek met de kerkenraad over dit onderwerp en wijzen op verschillende aandachtspunten.


Algemeen

Iedere kerkenraad binnen de Protestantse Kerk in Nederland moet een beleidsplan formuleren. Maar wat houdt dat in?
In een beleidsplan wordt voor een bepaalde periode – 4 jaar - opgeschreven wat je nu doet, wat je wilt doen (met het oog op de toekomst) en hoe je dat wilt bereiken.
Dat betekent dus dat eerst de stand van zaken in een gemeente beschreven wordt, desnoods met een uitstapje naar het verleden. (‘Dat en dat is wel eens gedaan, maar dat beviel toen niet om die en die reden’) Vervolgens worden doelen bepaald en langs welke weg je daar wilt komen.
Er kan dus van alles in een beleidsplan staan, dat hangt af van de gemeente.
Gemeenten zijn nogal verschillend: groot of klein, overwegend ouderen of juist veel jongeren, een uitgestrekte plattelands-gemeente of juist een stadswijk. Al die verschillen maken dat ook de beleidsplannen heel verschillend kunnen zijn.
Over het algemeen zal een beleidsplan bestaan uit de beschrijving van de gemeente in haar omgeving (evt. met sterkte/zwakteanalyse) en een aantal uitgangspunten, het benoemen van een aantal werkvelden of terreinen, zoals pastoraat en diakonaat, en groepen (commissies en werk-groepen) die allerlei taken uitvoeren op die verschillende werkvelden. Ook staat er in het beleidsplan een planning in de tijd: welke activiteit(en) worden in het eerste jaar gestart, welke vervolgens etc.
Jaarlijks wordt geëvalueerd en een nieuwe –evt. bijgestelde- jaarplanning gemaakt.


Kerk en Israël in het beleidsplan

In ordinantie 1, artikel 2 van de kerkorde wordt gezegd dat ‘de kerk in al haar geledingen geroepen is te zoeken naar het gesprek met Israël en gestalte te geven aan de verbondenheid met het volk Israël.’
De toelichting op de kerkorde specificeert de naam Israël als: ‘het Israël dat wij ontmoeten in de Heilige Schrift en van daaruit in de geschiedenis tot op vandaag.’
Ordinantie 1 betekent dat ‘Kerk en Israël’ hoort bij die gebieden waaraan de kerkenraden aandacht moeten geven.
De vraag waar deze brochure over gaat is daarmee uitgebreid: niet alleen hoe Kerk en Israël voorkomt in het beleidsplan van de kerkenraad, maar ook: waar, op welke plek.
In principe zijn er drie mogelijkheden:
1. Kerk en Israël staat bij de uitgangspunten van het beleidsplan.
2. Het wordt genoemd als aparte commissie.
3. Verspreid bij diverse groepen wordt genoemd wat zij kunnen doen met Kerk en Israël.
Op elk van deze punten gaan we verder in.


1. Kerk en Israël in het uitgangspunt

Bij de uitgangspunten van een beleidsplan valt te denken aan uitspraken die de grondslag of visie van de gemeente vormen. Ze hebben een min of meer belijdend karakter, zoals ‘Zonder Israël geen kerk’.

Aanbeveling: probeer in het gesprek met de kerkenraad te zorgen dat Kerk en Israël op een of andere wijze bij de uitgangspunten van het beleidsplan genoemd wordt. Uitgangspunten horen namelijk altijd terug te komen bij de uitwerking van het beleidsplan in activiteiten.

Hoe de formulering luidt zal per gemeente verschillen, maar probeer hedendaagse taal te gebruiken. Het gaat erom dat de gemeente zich (weer) bewust wordt van de Joodse wortels van het christelijk geloof. Dat moet wakker gemaakt èn gehouden worden. Vanuit die verbondenheid uit het verleden kan de verbondenheid in het heden en de consequenties daarvan geformuleerd worden.
Als Kerk en Israël eenmaal genoemd is bij de uitgangspunten, kan er een keuze gemaakt worden of dat apart als commissie terug moet komen, of verspreid bij andere groeperingen.
Die keuze kan door een aantal factoren worden beïnvloed. Zo zal een kleine gemeente waarschijnlijk problemen hebben met de vorming van ‘al weer’ een commissie.

Uitgangspunten uit de praktijk:

  • Zonder Israël geen kerk.
  • De kerk is geworteld in Israël en deelt met Israël de verwachting van het Koninkrijk Gods.
  • Van wezenlijk belang is de erkenning dat de gemeente haar wortels in het Jodendom heeft en geënt is op de stam Israël. De relatie tussen de kerk en Israël vormt een onopgeefbare verbondenheid, die zich uit in warme belangstelling voor de Joodse godsdienst, het Joodse land, het Joodse volk (in Israël en over de hele wereld) en in de bestrijding van anti-semitisme en anti-judaïsme.
  • De christelijke gemeente is ontstaan uit het Jodendom. Het bewustzijn van deze Joodse wortels, en daarmee ook het bewustzijn van de unieke verbondenheid tussen de kerk en Israël, moet wakker gemaakt en gehouden worden. Dat houdt ook in waakzaamheid tegen anti-semitisme.
  • De gemeente is georiënteerd op de Joodse wortels van ons christelijk geloof.



2. Een commissie Kerk en Israël

Stel dat de kerkenraad ervoor kiest het werk voor Kerk en Israël te delegeren naar een commissie. Dan komt de kerkenraad voor de vraag te staan: hoe organiseren we dat?
Wordt het een commissie alleen van onze kerk (onze wijk), of gaan we over de grens op zoek naar samenwerking met een andere wijk, met andere kerken (zodat de commissie bv. een commissie van de plaatselijke Raad van Kerken wordt), of gaan we zelfs een samenwerking aan met een kerk in een andere plaats?
Vervolgens kan er een taakomschrijving voor de commissie komen, met een aantal activiteiten als gevolg.
Die activiteiten kunnen voor een langere periode omschreven worden, waarna prioriteiten worden gesteld voor het komend jaar, bv. 4 activiteiten.

Taken en activiteiten uit de praktijk:

  • De gemeente bewust maken van en inzicht geven in haar verbondenheid met Israël.
  • Waken tegen anti-semitisme en anti-judaisme.
  • Organiseren en stimuleren van bijbelstudie, cursussen, thema-avonden, leerhuis, excursie.
  • Mee-voorbereiden en mee-werken aan de viering van de Israëlzondag.
  • Ondersteunen van eredienst en catechese.
  • Informeren en publiceren van plaatselijke en landelijke berichten op het terrein van Kerk en Israël.
  • Stimuleren om aandacht te schenken aan de verhouding kerk en Israël in de voorbede, de eredienst, de catechese.
  • Zorgdragen voor de aanwezigheid van lectuur op het terrein van Kerk en Israël op de leestafel.
  • Provinciale en landelijke Kerk en Israël-ontwikkelingen opbouwend kritisch volgen en zo nodig vragen te stellen over het beleid.
  • Adviseren van de kerkenraad inzake Kerk en Israël.
  • Regelmatig verantwoording afleggen aan de kerkenraad.



3. Kerk en Israël bij diverse groepen

Als gekozen wordt voor deze beschrijving van de Israël-taak van de kerkenraad, zal dat kunnen blijken uit omschrijvingen van taken en groepen als: eredienst, catechese, vorming en toerusting.
Bij de eredienst zal dan kunnen staan, dat jaarlijks de Israëlzondag gevierd zal worden.
De catechese zal aandacht geven aan de Joodse achtergrond van de bijbel, door bv. te informeren over de Joodse feesten.
Vorming en toerusting t.a.v. de Joodse wortels van het christelijk geloof kan op allerlei manieren gebeuren, op speciale avonden, leerhuizen, excursies, enz.

Omschrijvingen uit de praktijk:

  • Werkveld eredienst: jaarlijks wordt de Israëlzondag gevierd. Ook in andere diensten zal voorbede worden gedaan voor Israël en bv. aandacht gegeven worden aan de band tussen Joodse en christelijke feesten.
  • Werkveld catechese: bij de jeugd zal aandacht gegeven worden aan de Joodse achtergrond van de bijbel. De Joodse feesten zullen daarbij besproken worden.
  • Werkvelden kindernevendienst en jeugdclubs: zie werkveld catechese. Er kunnen ook Joodse liederen en dansen geleerd en gezongen worden.
  • Werkveld Vorming en Toerusting: de gemeente wordt bewust gemaakt van de Joodse wortels van het christelijk geloof door bijbelstudie, thema-avonden, cursussen, leerhuis, excursies. Hierdoor wordt de gemeente ondersteund bij het verstaan van vragen betreffende Israël en toegerust voor de ontmoeting met Israël.
  • Werkvelden pastoraat en diakonaat: bij de toerusting van degenen die op deze terreinen werkzaam zijn, zou ook gedacht kunnen worden aan Joodse visies, bv. op rouwverwerking of barmhartigheid (‘de Joodse wortels van het diakonaat’).



Naschrift

Wij hopen dat we u met deze handreiking van dienst zijn geweest. Voor eventuele vragen of nadere informatie kunt u contact opnemen met de Provinciale Werkgroep Kerk en Israël Utrecht.

Provinciale Werkgroep Kerk en Israël Utrecht
e-mail: bj.dijkdrenth[a]inter.nl.net


januari 2014