{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland

Onopgeefbaar verbonden met Israël (*)


Dat belijdt onze kerk in haar Kerkorde (I.7), maar het is een uitdrukking die veel vragen oproept. Verbonden met welk Israël?

a. Het historische Israël van (Abraham en) Mozes en David en Jesaja?
Daar heeft niemand moeite mee. Wij dienen de God van Israel, op het spoor van Jezus.

b. Het Israël van de ghetto’s?
In de afgelopen eeuwen heeft het Jodendom in Europa naast het Christendom geleefd, en dat is een geschiedenis van verbondenheid, maar sterk negatief: de Jood als zondebok, in het ghetto. Een geschiedenis van (voor ons) schaamte en schuld. We kunnen dat maar beter erkennen, want ook daarmee zijn wij verbonden.

c. Het Israël van de “Joodse traditie”?
In de jaren 60 van de vorige eeuw begon een grote belangstelling op te komen voor Joodse manieren van geloven, van bijbellezen en -uitleg. Overal ontstonden leerhuizen, er werd allerlei rijkdom ontdekt. Deze verbondenheid doet niemand pijn.

d. Het Israël dat na 1948 een staat vormt?
Deze verbondenheid is voor veel mensen erg problematisch. De Jodenvervolging in Duitsland, de stichting van de Staat, de oorlogen sindsdien, hebben aanvankelijk een brede beweging van steun voor de staat Israël opgewekt. Maar we hebben leren vragen: mag dat ten koste van de Palestijnen gaan?

Ja, wij zijn verbonden met Israël, het concrete volk: geschiedenis, traditie, volk, land en staat. Daar is niets aan te doen. We kunnen het loochenen, maar niet opgeven.
Die verbondenheid vraagt van ons aandacht, meeleven, steun, voorbede, zij vraagt gezien onze geschiedenis bescheidenheid, maar zij vraagt geen kritiekloze bewondering van alles wat in Israel gedaan wordt.
Er is in de staat Israel een felle discussie gaande over allerlei aspecten van de staat: de rol van de orthodoxie, de vraag hoe de staat een Joodse staat kan zijn, de verhouding met de Palestijnen, de kolonisten, en vele andere. Het is niet aan ons om ons daarin te mengen, wij zijn buitenstaanders.
De Palestijnen doen een beroep op de wereld, op ons, om gerechtigheid en vrede te helpen verwezenlijken. Dat mogen we niet afwijzen.
Wat hebben we dan te doen? Aandacht, meeleven, steun voor projecten van vrede en verzoening, voorbede. Daarbij hoort ook het stellen van kritische vragen naar beide zijden: aan Palestijnen, bijvoorbeeld over de terreur, en aan Israel, bijvoorbeeld over de nederzettingen. Als we dat niet doen, dan tonen we onverschilligheid, en dat kunnen we ons niet permitteren.


Wybrand Ganzevoort


(*) noot van de redactie:
De oorspronkelijke formulering 'onopgeefbare verbondenheid met Israël' is later gewijzigd in 'onopgeefbare verbondenheid met het volk Israël'.


gepubliceerd 2006