{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland

Jad


Blijf af met je jatten….
De meeste mensen zullen de uitdrukking kennen. Daarbij realiseren ze zich doorgaans niet dat dat woord ‘jatten’ uit het Hebreeuws komt. ‘Jad’ betekent: hand. En zo hebben we in deze uitdrukking een perfecte vertaling.
Jad is ook een joods gebruiksvoorwerp. Een aanwijsstokje met een klein handje aan het eind.
Wie via de zoekmachine google het woord jad opzoekt, komt terecht op de website van het Joods Historisch Museum. En onmiddellijk verdwijnt de cursor uit beeld en verschijnt er een jadje: dat aanwijsstokje. Als je in datzelfde museum het kinderprogramma volgt, kom je trouwens een leesplank tegen die begint met: jad, mita (bed), sefer (boek), zoals in het Nederlands: aap, noot, mies. Alweer dat aanwijsstokje dus…
Kennelijk heb je in het Jodendom al snel een jad nodig. En dat klopt ook want de jad wordt gebruikt bij het lezen van teksten uit de Tora.
De Tora neemt een bijzondere en hoge (ook letterlijk) plaats in. In de synagoge wordt er elke sjabbat een bepaald gedeelte uit gelezen, zodanig dat de hele Tora in een jaar wordt doorgelezen. Ondanks jaren boekdrukkunst wordt de Tora - uit eerbied - op perkamentrollen geschreven. Dat schrijven, en de perkamentrollen, en de inkt die gebruikt wordt zijn met talloze voorschriften omgeven. Een echte Tora-rol is daarmee ook letterlijk een kostbaar bezit waar zorgzaam en eerbiedig mee wordt omgegaan. Zo’n rol is omhuld door vaak zeer kostbare ‘mantels’ en versierd met ‘kronen’ of ‘torens’ van zilver. Aan de boven- en onderzijde van de stok waar de rol omheen is gewikkeld, zitten schijven, waardoor bij het uitrollen het perkament vrij blijft en niet in contact komt met de tafel waarop de rol ligt.
In datzelfde kader moet het gebruik van de jad worden gezien: om eerbiedig en zorgvuldig met de kostbare rol om te gaan.


Annelies Bouwman


gepubliceerd 2006