{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland

Een kerstboom in Jeruzalem?


Ik hoorde laatst van iemand dat in december voor christenen in Jeruzalem kerstbomen worden aangevoerd. Een welwillende geste van het Joods Nationaal Fonds, die bij het uitdunnen van de door haar beheerde bossen, de gerooide bomen daarvoor ter beschikking stelt.
Kerstbomen, dat is typisch voor de westerse christenen. Maar waarom eigenlijk, wat doen we ermee?
Het is een van die dingen die niet uit onze Joodse wortels voortkomen. Het is in feite iets waaraan je ziet dat Kerst een midwinterfeest is. Daar is niets mis mee, warmte en licht en gezelligheid juist in de winter, het is goed dat te vieren.
Een mooie gelegenheid ook om de geboorteverhalen van Jezus nog eens te horen. We weten tenslotte niet op welke datum hij geboren is, dus we kiezen een passende dag, en 25 december is passend, midwinter is het dan, en indertijd, in de vierde eeuw, de feestdag van de Onoverwonnen Zon, en die van Mithras, de soldatengod. Geen wonder dat de Kerk het toen een passende datum vond.
“Waar wordt de Messias geboren?” vragen de wijzen in Jeruzalem en het antwoord is “in Bethlehem”.
Wanneer zal de Messias worden geboren, dat kun je ook vragen, en dan kom je in de Joodse traditie antwoorden tegen, zoals bijvoorbeeld “op de eerste van de maand tisjri, (in september) want dat was de eerste dag van de schepping.” “Nee,” zegt een ander, “op de vierde tisjri, want op de vierde dag schiep God de zon.” Er worden ook andere data genoemd, maar voor mijn gevoel is misschien wel het diepste antwoord ‘op de 9e av’. Die dag is namelijk de dag van rouw en vasten om de val van Jeruzalem, een dag van diepe droefenis. Juist dan zal de Messias geboren worden, want juist in het diepste duister geeft God zijn Licht.
Het is duidelijk dat de antwoorden op de vraag ‘wanneer en waar is Jezus geboren?’ niet vanuit de burgerlijke stand worden gegeven. Nee, het gaat om de betekenis van dit kind, van deze mens, en dat is ook wat Lucas in de lofzangen laat horen.
Een kaars aansteken is ook zo iets. Het kan gewoon nodig zijn, licht om te zien wat je doet. Het kan gezellig zijn, voor de sfeer, en zeker in deze maand doen we dat graag. Je kunt het ook doen met een diepere betekenis, zoals we iedere zondag de Paaskaars branden. Licht van Godswege is ons in Jezus opgegaan.
Zo kunnen we onze gewoonten betekenis geven, en dan mag dat ook met een boom.


Wybrand Ganzevoort


gepubliceerd 2005