{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland

Gedenk de sjabbat en de zondag...

Nes Ammim is het christelijke, internationale dorpje dat sinds 1964 probeert een bijdrage te leveren aan een beter verstaan van het jodendom, door als gemeente te leven in de staat Israël.
Meteen al kwam de vraag op: houden wij de zondag of doen we mee met “ ’s lands eer”: de sjabbat? Zonder veel moeite werd besloten tot het laatste: het stond immers in de bijbel?
In de jaren tachtig kwam deze beslissing in discussie: gaat het hier niet om een principiële identiteitskwestie? Wij zijn christenen. Door onze basisbeslissing om in solidariteit het leven met Joden in Israël te delen kwamen dergelijke principiële verschillen soms scherp aan het licht. Thema’s voor onderzoek: hoe, waarom, en wat doen we ermee? Wat betekent ten diepste de sjabbat voor Joden, de zondag voor christenen? Waarom hebben wij de sjabbat opgegeven, ondanks het bijbelgebod?
Het Concilie van Laodicea (381) wilde een onomkeerbare scheiding tussen Joden en christenen en trof sjabbathouders met de ban. Toch hebben beide feesten hun eigen geheiligde waarde. Zeer kort samengevat: op de sjabbat eert de schepping, d.m.v. de mens, haar Schepper (Exodus 20:8); de zondag wordt gezien als de 'dag des Heren'. Hoe deden christenen dat vóór het verbod?
Bij één kerkvader (eind 1e eeuw) vonden we aanwijzingen voor een verantwoorde verbinding van de twee. Hij zegt: “Prijs en dank God op sjabbat, dat is een gebod.” Alles wat daartoe bijdraagt is geoorloofd: gebed, zang, studie, preek. Dagelijkse beslommeringen zijn uitgesloten, bijvoorbeeld het omgaan met geld. De 'eerste dag' ('jom risjon' in het hebreeuws, bij christenen 'zondag' geheten) begint op 'zaterdag'-avond, na de afscheidsdienst van de sjabbat. Dan begint de nieuwe week. “Maar”, zegt de kerkvader, “God schiep daarop het licht – voor christenen symbool van de opstanding.” Hij beveelt daarom die avondviering aan voor het gedenken van de opstanding, met een gemeenschappelijke maaltijd als gemeente, het breken van het brood en het drinken van de beker. En schuldbelijdenis en vergeving van zonden, als begin van de nieuwe week. Daar hoort ook de collecte voor de armen bij.
Wat een prachtige gedachte heeft het Concilie weggegooid. Ook voor een gemeente in Israël blijkt het heel moeilijk gedane zaken terug te draaien. Maar zou het op de één of andere manier niet mogelijk zijn om in onze tijd iets van die verbinding tussen de twee heilige dagen weer te vinden?


Machteld de Goederen


gepubliceerd 2001