{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland

Soekot: Loofhuttenfeest

In het najaar volgen de Joodse feesten elkaar heel snel op: Rosj Hasjana, tien dagen later Jom Kippoer, na vier dagen Soekot, dat acht dagen duurt, en aansluitend Simchat Tora.
Soekot, het Loofhuttenfeest, herinnert aan de tocht door de woestijn. Het bouwen van de loofhut begint direct na Jom Kippoer (Grote Verzoendag). De gedachte daarachter is, dat men na de verzoening zich haast om weer opnieuw te beginnen uitvoering te geven aan Gods geboden. Tijdens de tocht door de woestijn heeft het Joodse volk geleerd afhankelijk van God te leven, met het oog op Hem gericht. Daarom moet de hemel zichtbaar zijn door het dak van de loofhut. Een loofhut wordt dan ook gebouwd in de tuin, op het platte dak van een huis, of op het balcon. Een goede architect in Israël bouwt de balcons van een flatgebouw dus niet boven elkaar. De loofhut wordt versierd met slingers, fruit, kindertekeningen en platen, zodat het er gezellig uitziet.
Hier worden de maaltijden in de loofhut gebruikt, in warmere landen wordt er ook wel in geslapen. Acht dagen woont men in een hutje: niet gesetteld, geen verworven zekerheden, steeds opnieuw in herinnering roepend hoe het was om na de bevrijding uit Egypte de eerste stappen te zetten op weg naar het land van belofte.
Het Loofhuttenfeest was een pelgrimsfeest, evenals Pesach (Joods Pasen) en Sjavoeot (Wekenfeest). Dat zijn de feesten waarop in bijbelse tijden een vrome Jood naar Jeruzalem trok. Het zijn ook de oogstfeesten, waarbij men God dankt voor de opbrengst van het land.

Hèt symbool van Soekot zijn ‘de vier soorten’. Dat is een plantenbundel, die ‘loelav’ genoemd wordt, waarin een palmtak, drie myrtetakjes en twee wilgetakken zitten. Daarbij hoort ook nog de etrog, die op een citroen lijkt. Tijdens de gebedsdiensten (behalve die op sjabbat) wordt de loelav gebruikt om naar de zes kanten van de schepping (alle windstreken, en hemel en aarde) te zwaaien als erkenning van Gods heerschappij over het heelal. De planten die samen de loelav vormen, hebben al dan niet geur en/of smaak. De etrog heeft zowel geur als smaak. Zo is het ook met het volk Israël. Er zijn Joden die zich al dan niet in de Tora verdiepen, en er zijn Joden die al dan niet daarnaar handelen. Maar samen vormen ze één volk, zijn ze één gemeenschap, waaraan ieder zijn of haar identiteit ontleent.


Martha Alderliesten

gepubliceerd 2000