{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland



Op 1 september was het 80 jaar geleden dat de Tweede Wereldoorlog uitbrak met het bombarderen van het Poolse stadje Wielun waarbij 1200 burgers omkwamen. De 63-jarige Duitse bondspresident Frank-Walter Steinmeier was bij de herdenking aanwezig en zei in Wielun: “Ik buig voor de Poolse slachtoffers van de Duitse tirannie. En ik vraag om vergeving”. Deze vraag om vergeving, op die plek, en door deze man, bij een herdenking, trof mij bijzonder.
Er rijzen natuurlijk vragen. Kan bij wat tijdens WWII gebeurd is wel sprake zijn van vergeving? En ook: hoe lang werkt kwaad dat moedwillig in oorlogssituaties begaan wordt eigenlijk dóór? Christenen kennen een lange praktijk van vergeving (aflaten, absolutie) met een schaduwzijde die de joodse filosoof Lévinas ooit deed uitroepen: “oneindige vergeving leidt tot oneindig kwaad”. Vergeving vragen en schenken is allesbehalve een kwestie van ‘zand erover, vergeven en vergeten’ maar betekent een moeizaam proces met keuzes aan beide kanten, waarbij het kwaad benoemd en in de ogen gekeken moet worden.
Een rabbijns gezegde luidt: “Herinneren leidt tot verlossing, vergeten leidt tot ballingschap”. Steinmeier bracht als representant van daders het kwaad in herinnering te midden van de nakomelingen van de slachtoffers. Hij had de moed te vragen om vergeving, ook al was het niet zijn oorlog en waren het niet zijn daden.
Wat mensen andere mensen kunnen aandoen vreet generaties lang door als het niet onder ogen gezien en een halt wordt toegeroepen. Oorlog zet volkeren decennialang vast en kinderen worden daarvan vaak als eersten de dupe. Hoe staat het over 80 jaar met de Rohingya’s, Houthi’s en Tutsi’s, Israëlische en Palestijnse kinderen, kinderen van IS-strijders wanneer niet actief gezocht wordt naar mogelijkheden van verbinding en werken aan vergeving?
Een belangrijk instrument tegen de verwoestende kracht van het kwaad is vergeving vragen en vergeving schenken. Dit instrument werkt individueel zoals de praktijk van het jodendom rond viering van Nieuwjaar in opmaat naar Grote Verzoendag laat zien. Bij de viering van Joods Nieuwjaar werd 30 september dit jaar op de sjofar geblazen, het sein voor elke gelovige zich te binnen te brengen hoe en waar hij zijn naaste het afgelopen jaar te kort heeft gedaan. Daar begint het moeizame werk van het kwaad onder ogen zien. Laten wij omwille van kinderen-van-de-oorlog nú bij alle herdenkingen die ons te wachten staan ons bewust zijn van de kracht van vergeving in de strijd met het zaad van het kwaad! Wat mij betreft leverde Steinmeier hiertoe een veelzeggende bijdrage.


Marcel.S.F.Kemp

november 2019
© Classicale Werkgroep Kerk en Israël Utrecht