{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland



De Tora is niet zozeer wet, eerder aanwijzing, onderwijzing, instructie, handleiding. De Vijf Boeken van Mozes bevatten verhalen, lijsten, regels, geboden en verboden, van alles. Dat is veel en al vroeg kwam de vraag op wat de kern is, waar het om gaat.

Rabbi Simlai zegt: “613 geboden zijn aan Mozes op Sinai gegeven. David maakte er 11 van [Ps 15]. Jesaja bracht dat terug tot 6 [Jes 33,15]; Micha bracht dat terug tot drie: Wat vraagt de HEER anders van je dan recht doen, trouw liefhebben en ootmoedig wandelen met je God? [Mi 6,8]; Amos tot twee: Zoek Mij en leef [Am 5,4] en Habakuk tot een: De rechtvaardige zal leven in zijn trouw/vertrouwen [Hab 2,4]. ”

Een ander stelt de vraag: “Welke tekst is er in Tora waar alle leer aan hangt?” en hij antwoordt: 'Ken Hem op al je wegen en Hij zal je paden recht maken' [Sp 3,6].

Er wordt verteld van Hillel, de grote schriftgeleerde een generatie voor Jezus, dat iemand hem vroeg: “Leer mij de hele Tora terwijl ik op één voet sta”. Hillel zei: “Wat jij niet wilt, doe dat je naaste niet aan. Dat is de hele Tora, de rest is uitleg. Ga en leer.” Jezus zegt ook zoiets maar positief : Alles wat u wilt dat de mensen u doen, doet hen dat ook [Mat 7,12].

R Aqiba zegt: “Het woord Liefhebben zul je je naaste als jezelf [Lev 19,18] is het grote gebod.”
Maar Ben Azzai reageert: “Dit is het boek is een groter gebod.” Hij bedoelt Gen 5,1 waar het eerste geslachtsregister begint. Daaruit blijkt dat alle mensen afstammelingen van Adam zijn, en dus broeders. Je moet naaste immers niet beperken tot volksgenoot.

Ook Jezus horen we hierover. In Luk 10,26v vraagt hij een wetsgeleerde: Wat staat er in de Wet geschreven? Hij antwoordde: U zult de Heere, uw God, liefhebben met heel uw hart, met heel uw ziel, met heel uw kracht en met heel uw verstand, en uw naaste als uzelf. En Jezus antwoordt daarop: U hebt juist geantwoord. Doe dat en u zult leven.
Dat is het hart van Tora, daar gaat het om.


Wybrand Ganzevoort


gepubliceerd 2017