{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland

Het is een belangrijk jaar voor Spanje. Niet eens omdat Columbus naar Amerika vaart, veeleer omdat Granada valt en daarmee de Reconquista, de herovering van Spanje door de christenen, voltooid is. En de Joden worden verdreven.

Zeven eeuwen lang hadden de Moren – moslims uit Marokko – de macht gehad in Spanje, maar langzamerhand was die macht afgebrokkeld. In de vijftiende eeuw was alleen het emiraat van Granada er nog van over, en in januari 1492 viel dat ook. Een belangrijke overwinning voor Ferdinand en Isabella, vorsten met een duidelijk doel: de eenheid van Spanje. Daarbij hoorde ook de religieuze eenheid: voor Joden en moslims was er geen plaats meer.

Ondanks de belangrijke steun die hij van Joden gekregen had, ondanks zijn eigen Joodse overgrootmoeder, ze moesten weg, vond Ferdinand. De stemming tegen de Joden was al een hele tijd grimmig, veel Joden waren al onder dwang 'bekeerd' en de Inquisitie was in 1478 opgericht om hen te controleren. Daarmee werd ook de schatkist geholpen: als conversos, 'nieuwe christenen', veroordeeld werden omdat ze aan Joodse gebruiken vasthielden, dan werden hun goederen verbeurd verklaard.

Het einde kwam in juli 1492: alle Joden moesten zich bekeren of verdwijnen. Geld en goederen mochten ze niet meenemen. Wie kon, vluchtte. Velen gingen naar Portugal of Marokko, naar een van de Italiaanse steden, of naar het Ottomaanse rijk: naar de Dalmatische kust of naar Griekenland (Thessaloniki). In 1497 moesten de Joden in Portugal ook kiezen: zich bekeren of verdwijnen. Een deel van deze Joden kwam in Antwerpen en later in Amsterdam terecht. Voor de Moren in Spanje viel het doek tien jaar na de uitdrijving van de Joden.

Tegenwoordig heeft men in Spanje en Portugal oog voor de Joodse bijdrage in de geschiedenis en voor deze zwarte bladzijde. Een recente wet maakt het afstammelingen van toen gevluchte Joden mogelijk het Spaanse burgerrecht te verkrijgen, zoals dat eerder al in Portugal mogelijk gemaakt is. Maar de zaak raakt ook aan actuele politieke spanningen: er is al vele jaren een beweging gaande om Ferdinand en Isabella heilig te verklaren vanwege hun verdienste voor de Katholieke kerk. Het is duidelijk dat de Joodse gemeenschap in Spanje daar niet enthousiast over is. Ze zijn de ramp van 1492 nog niet vergeten.

Wybrand Ganzevoort

gepubliceerd 2015