'Jij bent een instrument van de Eeuwige, de stem van jouw ziel looft God', houdt rabbijn Navah Tehila een groep mensen in Ermelo voor.
Kennis van het Jodendom is voor ons christelijk geloof van wezenlijk belang. In veel gemeenten proberen Kerk en Israël-commissies of –werkgroepen dan ook allerlei aspecten daarvan door te geven. In Ermelo deden we dat bijvoorbeeld door een optreden van een van Nederlands eerste vrouwelijke rabbijnen, mevrouw Navah Tehila, voorheen voorzanger in een Joodse gemeente in Nederland.
Tehilla ging ons voor in het zingen (en dansen) van Hebreeuwse en Jiddische liederen. ‘Als je God wilt ontmoeten, moet je kijken in de ogen van een medemens,’ citeerde ‘the singing rabbi’ de grote Joodse geleerde Martin Buber. Want als je de ander in de ogen kijkt, zie je dat hij of zij een klein lichtje in zich heeft, ‘… een lichtje dat je moet koesteren.’
Elkaar in de ogen kijken dus, en elkaar laten weten dat je er zijn mag. Dat moesten we ook letterlijk doen op die zangavond. En wat ìs dat moeilijk.
Dat is ook een van de dingen die de werkgroep Kerk en Israël beoogt: met elkaar in gesprek blijven, ook als Joden en christenen. Ook al sta je, bijvoorbeeld in je politieke overtuiging, soms lijnrecht tegenover elkaar.
Dat dit moeilijk is, staat vast, dit ‘elkaar in de ogen kijken’. Elkaar leren kennen en waarderen heeft niet altijd ieders prioriteit. Toch schuilt daarin het geheim van de gemeente. En ook het geheim van de onopzegbare band tussen het volk Israël en de Kerk, tussen Joden en christenen. Want in ons allen huist een klein lichtje. Dat moeten we koesteren, zowel in elkaar als in onszelf.
Daarvoor hoeven we niet allemaal eerst naar het land Israël toe te reizen. Het Joodse gedachtegoed is naar òns toe gekomen, onder meer in de Jood Jezus van Nazareth. Hijzelf heeft ons geleerd dat wij als kaarsen op een kandelaar moeten zijn, in de lijn van de Joodse overtuiging. Dankzij Hem mogen wij, gelovigen uit de volkeren, die erbij zijn gekomen, meezingen met Israël over de liefde van God. Mogen wij steeds opnieuw opstaan en samen verder gaan, elkaar in de ogen kijken, soms dwars tegen de tijdgeest in. Samen een afspiegeling vormen van dat Grote Licht dat komt: Israëls Eeuwige, die troont op de lofzangen van Israël, lofzangen waarmee wij mogen instemmen.
ds. B.L. Jongkind, Ermelo
[vz. Class. Commissie Kerk en Israël Noord-West Veluwe]
gepubliceerd 2013