{loadmoduleid 92}

 

 

 

Classicale Werkgroep
Kerk en Israël Utrecht

Protestantse Kerk in Nederland



De gelovige Jood bidt tweemaal per dag het "Sjema Jisraël" (Hoor Israël), bij het gaan liggen en bij het opstaan, en driemaal per dag het "Achttiengebed".
Het Achttiengebed bestaat uit naar schatting 1250 woorden, dus om in 400 woorden daar iets over te zeggen is een schier onmogelijke opgave.
Het Achttiengebed begint te ontstaan tijdens de Babylonische ballingschap als een hulp voor het volk ver van de Tempel en van zijn religieuze wortels, en steeds meer vervreemdend van zijn taal.
In de eeuwen daarna rijpt dit gebed en het groeit uit de gebedservaring van vele generaties. Duizenden generaties hebben zich met deze woorden tot God gericht. Ook Jezus heeft de woorden stellig gebeden.
Het Achttiengebed bestaat uit 19 beden, ook wel zegenspreuken genoemd. Aan het feit, dat de 14e en 15e zegenspreuk aanvankelijk één waren dankt het gebed echter zijn naam.
We zien hier weer een formuliergebed en dat vergt de juiste houding ten opzichte van de Eeuwige.
Dit wordt onder meer bereikt met de voorbereiding tot het bidden, nl. het aanleggen van de gebedsriemen en het omslaan van de gebedsmantel.
Dit gebed wordt geopend met de woorden: "Heer, open mijn lippen en laat mijn mond Uw lof verkondigen."
Elke bede wordt besloten met: "Gezegend Gij, Heer, die ...." en dan volgt met slechts een enkel woord de samenvatting van de zegenspreuk.
De afsluiting van de 16e bede luidt: "Gezegend Gij, Heer, die het gebed hoort." Let wel, niet: verhoort. Horen duidt op: er bij zijn. Verhoren van onze wensen zou op een ramp kunnen uitlopen.
In de diverse gebeden, met name in het 16e, kunnen eigen vrije gebeden worden ingevoegd.
De structuur van het Achttiengebed is als volgt:
1 – 3 De lofprijzing: - de verbondenheid met de vaderen
- Gods machtige daden
- De heiliging van Gods Naam.
4 - 16 Gebeden om inzicht, bekering, vergeving, verlossing, genezing,
levensonderhoud, terugkeer van de verstrooiden, inrichting van de rechtspraak,
vergelding voor de boosdoeners, beloning van de rechtvaardigen,
de (her)bouw van Jeruzalem, de Spruit van David
en het horen van het gebed.
17 -18 Het afscheid: - dienst
- dank
- vrede.
De woorden van het gebed zijn niet zomaar woorden die vervangen kunnen worden; ze gaan wereldwijd en de eeuwen door. Abraham Heschel zegt hiervan: "Er gaat meer inspiratie uit van eeuwenoude muziek dan van het spelen op de gebrekkige fluit van het eigen hart. Het is goed, dat er woorden bestaan die door eeuwen van gebed en door eerlijkheid en liefde van veel generaties geheiligd zijn."


Johann ter Hart


gepubliceerd 1999