In een radioprogramma van de EO hoorde ik het volgende:
Sinds mensenheugenis wonen er Joden in Sjanghai. Het was een gemeenschap van enkele duizenden Joden. Ik vermoed dat ze ooit als handelaren aan het oostelijk eind van de zijderoute zijn gaan wonen. Ze hebben er altijd veilig gewoond. De Chinezen beschouwen hen als “slim” en “rijk”. In Europa klinkt dat antisemitisch, in China wordt het gewaardeerd.
Toen vóór de 2e wereldoorlog de Europese Joden overal heen vluchtten, vonden niet weinigen een vluchthaven in het Verre Oosten, o.a. in China. De Chinezen hielpen hen en beschermden hen: 20.000 vluchtelingen die geluk hadden...
Na de oorlog greep Mao Tsedong de macht en alle Joden werden in een getto verzameld. Het leven werd moeilijk en één voor één trokken ze weer verder. De omkeer kwam in 1990, na de Culturele Revolutie; sindsdien groeit de gemeenschap weer. De “kehilla” bestaat momenteel uit ruim duizend Joden.
Er is weer behoefte aan een eigen Joodse begraafplaats; onlangs is een plek daarvoor aangekocht. Daar moet ook een monumentje voor de Chinees-Joodse oorlogsslachtoffers komen, dat ter gelegenheid van een bezoek van Rabin aan de gemeenschap werd geschonken. Nu staat dat nog ergens in een park. De omwonende Chinezen zijn niet blij met die begraafplaats, want volgens traditie brengen grafstenen ongeluk. Helaas echter is het moeilijk een andere plek te vinden.
Uit respect doet een Jood alles om oude Joodse grafstenen weer een plaats te geven.
Daar is nu een Israëlische gids, Dvir Bar-Gal, mee bezig, vrijwillig. Er zijn veel Israëlische toeristen die hij rondleidt en dat grafstenen zoeken is tijdrovend werk. Maar hij vindt ze: in een privé-tuin als bank, in plaveisel, ingemetseld in gebouwen. In een bouwput zijn ook ettelijke gevonden. Ze zijn meestal moeilijk identificeerbaar. Een Chinese jongen helpt hem, ook vrijwillig. Waarom, dat weet hij niet. Zomaar... Hij vindt het leuk samen die grafstenen te identificeren.
Er is ook weer een rabbijn. De regering staat er niet onwelwillend tegenover, hoewel het jodendom niet tot de vijf in China erkende religies behoort. De rabbijn kreeg de raad een groot huis te kopen: daarbinnen ben je vrij. Dat huis is synagoge, school en bibliotheek tegelijk, met een koosjer restaurant in de kelder. Op sjabbat en feestdagen komen er honderden Joden.
Een oeroude handelsgemeenschap, die zichzelf hervindt in de ultramoderne handelsstad Sjanghai.
Machteld de Goederen
website: www.chinajewish.org
Gepubliceerd 2008